W. O. Kaelber, ‘Tapas and purification in early Hinduism’


Numen 26 (1979), 192-214


Het woord tapas heeft vele betekenissen in de Veda’s, maar steeds staat de betekenis van hitte centraal.

1) Creatief –

a) kosmologisch: de kracht achter de schepping;
Prajâpati schept leven door tapas
b) psychologisch: geestelijke observantie; mens wordt herboren door tapas


2) Destructief – wat pijn veroorzaakt, verteert; zo relatie met zuivering.

God Agni – tot zijn wezen behoort tapas, hitte, verwarmend, ook vernietigend.

De mens kan ook tapas opwekken, gebruiken. De offerpriester gebruikt vuur om te reinigen en tegenover de kwade geesten. Door het vuur wordt de offeraar gereinigd. Agni wordt gevraagd de zonden weg te nemen. Later verdwijnt vaak het persoonlijke van Agni en blijft alleen het vuur over dat de mensen zuivert. De mens kan zelf het zuiverende en vernietigende vuur opwekken. ‘Tapas’ gaat dan betekenen: de zelf-opgelegde observantie, soberheid, ascetisme, kastijding. Daardoor wordt de zuivering van zichzelf verkregen. Dit is vooral te vinden in de Brahmana’s en dan vooral als de voorbereiding op het offerritueel (diksâ). Bij de diksâ wordt de onzuiverheid weggebrand.
Ook: de menselijke vorm wordt verteerd om een nieuw goddelijke vorm te krijgen.

De betekenis is vergelijkbaar met s’ram: hard werken, zich afmatten, zich inspannen (zie âs’rama).

In de praktijk houdt tapas in: vasten, pranayama (vooral vasthouden van de adem) en recitatie van de Veda’s (svâdhyâya).

[DT]





Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

  • Pranayama

    Dit boek is een praktische handleiding bij het beoefenen van pranayama. Alle onderdelen van de traditionele pranayama komen hierbij aan bod.

  • Mediteren leren

    Dit boek geeft een handleiding bij het leren mediteren voor beginners en voor de gevorderden die nog eens bij het begin willen beginnen. Het uitgangspunt is de spontane meditatie, die iedereen af en toe heeft. 

  • De bron van het zijn

    ‘Wat was mijn toestand, voordat er ervaring was? Wie was er om op deze vraag te antwoorden? … dat Ik dat geen vorm heeft en zichzelf niet kent als ik ben.’

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod