6-2 De vanzelfsprekendheden worden weggevaagd door een golf die komt
Jaargang 6 nr. 2 (25 januari 2005)
Illusies zijn overal. Soms worden erg opvallende verschijnselen als duidelijke illusies gepresenteerd, bijvoorbeeld die op de website www.cs.toronto.edu/~moraes/illusion.html
Waarom vindt men dit een illusie? Omdat je de wielen ziet bewegen, terwijl, zo zegt men, niets beweegt. De vooronderstelling is dus dat er een echte werkelijkheid van wielen is, die vooral heeft te maken met een materie die wordt betast of op een andere wijze wordt gekend. Deze ‘werkelijke’ wielen bewegen niet. We zién alleen maar wielen bewegen, wat heeft te maken met de werking van ons zenuwstelsel.
Hoe kom je erbij om te zeggen dat de ene werkelijkheid ‘echter’ is dan de andere? Daar moet je goede redenen voor hebben en niet zomaar iets gaan beweren vanuit een vooringenomen standpunt. Als je duidelijk draaiende wielen ervaart, dan zijn er draaiende wielen. Als je ze op vanuit een ander standpunt niet ervaart, dan zijn ze er niet. Elke waarneming moet je nemen zoals die is, zonder haar direct te diskwalificeren op grond van aangeleerde patronen. Zo wordt het veld van ervaring opengebroken.
Een tweede punt is dat in de concrete ervaring een mate van helderheid gegeven kan zijn. Sommige ervaringen zijn zo ruim en bewust dat andere daarbij betrekkelijk worden. Je ziet ineens de boomstronk als je in het half donker dichter bij de gure man komt die je eerst zag. De laatstgenoemde ervaringswerkelijkheid was er, maar wordt betrekkelijk, namelijk betrokken op de situatie van donker en afstand. De ervaringswerkelijkheid van de boomstronk is zoveel duidelijker, dat het geloof in de eerste een illusie wordt genoemd. Let wel: ‘het geloóf in de eerste’, namelijk als de echte werkelijkheid; de ervaringswerkelijkheid wordt niet ontkend!
Vaak is er geen reden om in absolute zin de ene ervaring als hoger te zien dan andere. Dat is het geval bij de bovengenoemde ‘illusie’ van de bewegende wielen. Het gaat daarbij om verschillende ervaringen die mogelijk zijn door de verschillende standpunten.
Bij de culturele verschillen in ervaring die tegenwoordig zo op de voorgrond komen omdat de wereld kleiner wordt, is dit ook het geval. Er zijn echter bepaalde visies die we niet direct als gelijkwaardige mogelijkheden zien, bijvoorbeeld degene die te maken hebben met fundamentele vrijheidsrechten. Dan is er weer de herkenning van lager en hoger. Het criterium is weer de ruimte en het licht waarin de ervaring een plaats heeft. Maar, als we onszelf gaan zien als dé verlichte geesten, is het nuttig om een nog ruimere ervaring op te doen, door de visie van anderen vanuit hún standpunt eigen te maken. Het kan zijn dat dan beperkingen van de eigen ‘verlichte’ visie duidelijk worden.
In de advaita vedânta wordt als grootste gevaar de verabsolutering van het betrekkelijke gezien. Zo ook van het beperkte zelf-zijn (ik, ego) dat zich absoluut waant. Bij een nader onderzoek, waarin een helderder bewustzijn is, blijkt het illusoire karakter van deze situatie. Dan kan elke beperkte situatie worden doorzien als betrekkelijk ten opzichte van de onbeperkte non-dualiteit.
Vanaf volgende week vrijdag zitten we voor een aantal dagen op Schiermonnikoog. Als er iemand is die nog mee wil, kan dat, maar dan is een snelle opgave nodig (wjanssen@vodw.com).
Af en toe zijn er middagen (14.00 – 17.00 uur) voor individuele gesprekken van ca. 20 minuten. De volgende zijn vrijdag 28 januari en woensdag 16 februari. Degenen die zo’n gesprek op prijs stellen kunnen een afspraak maken met Odile (secretariaat - bbr@kabelfoon.nl 0182-373427).
A.s. donderdag start in Rotterdam de cursus Inzicht in je eigen geest. Deze cursus is al enige tijd vol. Dus opgave hiervoor is niet meer mogelijk. T.z.t. komt hij nog wel in Gouda.
In de afgelopen jaren heeft Peter Koster al het werk rond de gesprekopnames gedaan. Hij stopt er nu mee en dat is een goed moment om hem ook hier voor dat werk te bedanken. Peter, hartelijk dank. Hij draagt alles over aan Gisela. Vanaf nu kan iedereen cassetebandjes van de gesprekken bij haar bestellen: gisela.feld@12move.nl. Verder zijn er altijd enkele opnames te koop bij op de woensdagavonden.
Tekst
Inleiding retraitedag Gouda, 8 januari 2005 (2) - Sprakeloosheid
Als er woorden opkomen in het Sprakeloze verdwijnt het Sprakeloze niet. Als er denken opkomt, verdwijnt het Ondenkbare niet. Het leven gaat door, maar wat voorafgaat aan het leven verdwijnt niet. De schepping laat het ongeschapene niet verdwijnen. En, Dat ben je zelf.
Zelf ga je vooraf aan elk woord, aan elk denken, aan het leven, aan de schepping. De vormen die er komen blijven doorzichtig niet-beperkend. De sfeer blijft onbeperkt.
We zitten dus samen in de zaal, terwijl er niemand is.
Is er iemand die hierover iets heeft te vragen?
...
Zie je wel dat er niemand is, dat er een oneindige sprakeloosheid is?
...
Steeds creëer ik weer mijn wereld.
Zie die creatie niet persoonlijk. Natuurlijk is er een persoonlijke bijdrage aan de schepping van je wereld, maar er is meer. Ga precies kijken. Vaak wordt er erg oppervlakkig gezegd: ‘The world is in your mind’ en ‘Je creëert zelf je wereld’. Dat is onzin. Je schept niet de wereld. Daarvoor ben je veel te beperkt. Dat is teveel eer voor je. Dat is hoogmoedswaanzin. Wat er gebeurt is dat er beelden opkomen, inclusief de zelf-ervaring als mens. De beelden komen zomaar op in het grote geheel. Daarin is alles opgenomen, ook de ik-verschijnselen. In de grote sfeer komt alles op en daarin verdwijnt alles. Dat proces is naamloos. Het heeft geen schepper. Waar komt de schepping vandaan, waar komt mâyâ vandaan? Daarover is niets te zeggen, in ieder geval niet dat het ik de schepping regelt.
Je stelt wel vast dat je niet verschillend bent van die grote, oneindige ruimte en alles wat zich daarin toont.
Steeds is er weer een aandacht voor de dingen.
Aandacht is een beperkt bewustzijn. Als je meegaat in aandacht beperk je jezelf als oorsprong van de aandacht. Als je dat standpunt loslaat is er het onbeperkte bewust-zijn, de Onuitsprekelijkheid. Het is er, maar er is niets over te zeggen.
Dat gebeurt er nu bij de grote natuurramp van de tsunami. Mensen kunnen er wel over praten, maar de ramp is onuitsprekelijk. Er wordt van alles over gezegd. Er wordt gesproken over de bewegende aardkorst, er wordt gezegd dat het een straf is van God. Maar, dat alles is zo beperkt. Het spreken is zo beperkt. Het wordt gedaan vanuit een beperkt standpunt. De verwoestende werking van de tsunami laat mensen ervaren dat ze zo klein zijn, dat ze machteloos zijn. Ten opzichte van dat natuurgeweld is er sprakeloosheid. Ten opzichte van het hele natuurgebeuren is er sprakeloosheid, dat er de dingen van de natuur zijn, het hele gebeuren van de schepping, inclusief de menselijke cultuur. Dan staan mensen sprakeloos.
Wat kan er dan nog worden gezegd? Alleen dat het gebeuren oneindig is en onherleidbaar. Het komt voort uit niets. Er blijft sprakeloosheid. Als er meer over wordt gezegd, is dat een mentale constructie die niet de kern raakt. Die blijft onherleidbaar tot iets anders.
Mensen proberen zich in te dekken voor die onmenselijke ruimte. Ze proberen met behulp van de techniek en maatschappelijke regelingen een plaatsje te maken waarin het prettig wonen is. Dan hoor je: ‘We hebben het maar aardig voor elkaar in Nederland.’ Je ziet het: er hoeft alleen maar een rapport van het Pentagon te komen, met de boodschap dat de zee over enige jaren bij Amersfoort staat, of de vanzelfsprekendheid verdwijnt. De wereld blijkt niet zo solide te zijn als we dachten. In Gouda zijn we er wel een beetje mee vertrouwd met twintig meter slap veen onder ons, maar je ziet de verschuiving van het basisvertrouwen naar het geschokt zijn ervan. Je hoort dat ook van mensen die een flinke aardschok hebben meegemaakt. Het geschokte vertrouwen laat hen zich bij elke stap afvragen of de grond waarop ze lopen wel stevig is. Je ligt heerlijk aan zee te genieten van een wintervakantie in de tropen. Dat is een vanzelfsprekende luxe die westerlingen zich kunnen permitteren. Maar, die vanzelfsprekendheden worden weggevaagd door een golf die komt. Dan breekt die vanzelfsprekendheid open. Alles is zo open dat het niet meer lukt het gat te dichten. Daarom is er sprakeloosheid.
Dan is er wel de instinctieve levenswil die voortgaat.
Die is dan ook niet persoonlijk. De persoonlijke ik-sfeer van ervaring en spreken is irrelevant geworden. Energieën kunnen er wel blijven werken, maar voor jezelf is alles fundamenteel opengebroken.
Wees daarin helder en accepteer dat openbreken. Men zegt wel dat bij rampen de kerken weer volstromen. Waarom is dat zo? Omdat mensen toch een zin proberen te geven aan iets dat niets met zin heeft te maken. Natuurlijk is er bij de ervaring van het goddelijke een grotere ruimte ontstaan dan die van de menselijke techniek en regelingen, maar het is de vraag in hoeverre de openheid er blijft. Probeer niet weer opnieuw een persoonlijke zekerheid te vormen om die echte openheid, die je niet aankan, af te schermen. Laat alles maar echt open blijven.
Er is geen tweeheid
als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.
Boeken
Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.