2017/09 Advaita Post september 2017

Uit een Advaitagesprek met Douwe Tiemersma, 5 april 2003 Hoorneboeg

Voorbij goed en kwaad


Krishna zei tegen Arjuna:  “Moord je broers maar uit, want het zijn slechts vormen.” Daar heb ik toch een beetje moeite mee.
 
Dat is een interpretatie van de Bhagavad Gita, waarmee je moet oppassen. Wat ik net gezegd heb, is dat je de sfeer van het vóór-menselijke moet herkennen, omdat het overal naar voren komt. Ten tweede dat je verder gaat kijken. Voor zover er een menselijke situatie bestaat, heb je te maken met goed en kwaad. In de menselijke situatie heb je te maken met mensen die tot op zekere hoogte verantwoording kunnen afleggen voor hun daden, die een bepaalde keuzemogelijkheid hebben, enzovoort. In die sfeer geldt goed en kwaad. Ja, natuurlijk. Voor zover je achter een machinegeweer staat, heb je daar verantwoordelijkheid voor.
Mensen beroepen zich vaak op het absolute als alibi a) om niets te doen, en b) om de ergste dingen te doen. Dat is nu de grootste fout. In de advaita vedanta wordt deze fout voortdurend naar voren gehaald. Waarom is er lijden in de wereld? Omdat mensen met hun beperktheid denken dat ze absoluut zijn of deel hebben aan een absolute instantie of historische ontwikkeling. De notie van absoluutheid is op zich niet erg als, maar het beroerde is dat ze het absolute gaan toepassen op iets beperkts. Daardoor komt het lijden.
 
Ga duidelijk zien hoe het met jezelf zit. Zie duidelijk hoe op de verschillende niveaus wetmatigheden zijn. Mensen kunnen wel zeggen ‘we zijn vrij, we kunnen alles’, maar voor zover er een fysisch niveau is, heb je daar met wetten te maken van de zwaartekracht, enzovoort. Natuurlijk is het fysieke lichaam onderworpen aan de zwaartekracht. Op dat niveau kun je wel proberen te hoppen en zo om los te komen, maar dat is onzin. Voor zover het gaat om het materiële lichaam, heeft dat te maken met zwaartekracht en causaliteit. Punt uit. Als je naar subtielere terreinen gaat, heb je nog te maken met vaste relaties van oorzaak en gevolg, van de gevolgen van je handelingen. Natuurlijk. Waar het om gaat is je te realiseren dat je niet opgaat in die werelden.
 
Ik heb me geïdentificeerd met een ander standpunt. Ik wil helemaal niets met pistolen en geweren te maken hebben, ik ben heel sterk tegen geweld. Maar, ik realiseer me dat dit ook weer iets agressiefs heeft.

Daar heb je het al.
 
Het is in de praktijk wel prettiger, maar toch.

Natuurlijk, het is sympathiek en zo. Maar, je herkent al dat wat absoluut lijkt een geconditioneerd standpunt is. In de wereld kan het een respectabel standpunt zijn, maar wanneer je gaat kijken naar waarheid, hoe zit het dan? Er is een diepte van waarheid waarin zowel oorlogsgezindheid als pacifisme allebei betrekkelijk worden. Zie dat alle mensen van beide iets hebben. Laat het niveau van de waarheid van de betrekkelijkheid van goed en kwaad en het niveau van de betrekkelijke waarheid van goed en kwaad beide open en haal ze niet door elkaar.
 
Stalin en Hitler hadden een vorm van bewustzijn die ruimer was dan van vele andere mensen. Je zou kunnen zeggen dat ze een aardig stukje hadden afgelegd op de weg naar verlichting. Wat er verkeerd ging was de verwarring van niveaus. Ze zaten ergens op een hoog niveau en zeiden: “Die hele wereld is van mij.”
 
Dan zitten ze eigenlijk op het niveau van sat-chit-ananda…
 
In die richting, zou je kunnen zeggen. Maar als ze allerlei ego-elementen meenemen, macht willen uitoefenen en denken dat ze alles kunnen doen, dan heb je die verwarring van niveaus en dat is inderdaad levensgevaarlijk.
 
Hoe kun je dat voorkomen?
 
Door vanaf het begin continu verder te kijken dan je neus lang is. Wees steeds kritisch op jezelf. Je hebt een prachtige ervaring gehad. Wat betekent dit? Betekent het dat je verlicht bent en dat je van alles mag doen? Wanneer je bij jezelf te rade gaat op een bewuste, kritische manier, stel je meteen vast dat die conclusie nergens op slaat. ‘Ik’ zit namelijk weer te denken en ‘ik’eigen een bepaalde verlichtingservaring aan mezelf toe, enzovoorts. Een kritische functie en die helderheid zullen er voortdurend moet zijn.
 
Wie garandeert dat je dat blijft doen?
 
Dat garandeert niemand. Het enige is dat we er wel voortdurend over praten. Traditioneel vond de overdracht van de leer van het bovenpersoonlijke en absolute alleen maar plaats tussen een leraar en één leerling. En die leerling leefde dan ook nog samen met die leraar gedurende een lange tijd, vaak tientallen jaren. Dus dan had je die problematiek veel minder. Toch was diezelfde problematiek ook aanwezig. Je hebt allerlei verhalen van lui die een hogere kennis kregen en toen dachten dat ze van alles mochten en konden, met een dramatische afloop. Het is het verhaal van de tovenaarsleerling.
Juist in onze postmoderne tijd met het wegvallen van vaste morele regels worden veel mensen zich bewust van de genoemde fundamentele processen. Het doorzien van die processen kan helpen lijden te voorkomen.
 
En als een leerling niet de goede kant op gaat, zal de leraar iets doen?
 
Ja natuurlijk.
 
Maar je kunt toch jezelf testen?
 
Dat zeg ik: blijf kritisch, zodat je weet hoe het zit met jezelf. Dat vraag ik toch elke keer: ‘Hoe zit het met jezelf?’
 
Het is voor mijn gevoel helemaal geen opgelegde moraal om naar het goede toe te gaan, want zelf merk je dat het eigenlijk veel gemakkelijker is om goed te doen dan kwaad te doen. Het is prettiger.
 
Ja, dat is iets wat vertrouwen kan geven. Als er werkelijk iets vrij komt in spirituele zin, zal alles steeds meer gaan stromen, meestal veel mooier.
 
En Stalin en Hitler dan?
 
Blijkbaar kwam daar een kink in de kabel, of er was een zware conditionering die daar blijkbaar de vrije stroming verhinderde.
 
Als je helemaal los bent van je identificatie met je eigenbelang, kost het veel meer moeite om een ander neer te knallen dan om zelf neergeknald te worden. Dan word je maar afgeknald.
 
Dus de problematiek van goed en kwaad is dan weg. De ander ben je zelf. Juist omdat er geen egoïsme is, blijft alles vrij stromen, juist omdat de identiteit is vrijgekomen naar anderen toe. Wanneer je iemand dood zou schieten, zou je jezelf dood schieten.
 
Marcus Aurelius stelde zich toch aan het hoofd van zijn leger toen het nodig was. Het was gewoon zijn functie.

Ja, maar het hangt er wel van af hoe de verdere situatie eruit zag, of die Marcus Aurelius werkelijk verlicht was, bijvoorbeeld. Dat geldt ook voor Arjuna in de Bhagavad Gita. Hoe het verder gaat, laat dat alsjeblieft maar open. Maar, blijf wel geweldig helder zodat je ziet wat er gebeurt. Hoe het dan ook verder gaat, er zit in ieder geval geen egoïsme en geen egocentriciteit meer in. Er zit dus ook geen enkel element in om macht te krijgen. Wanneer het ego werkelijk wegvalt, zijn er geen zorgen meer en hoeven ze er niet meer te zijn. De overgang naar de realisatie van het absolute betekent dat alles los komt. Dan is er geen morele zorg meer. Op dat niveau is dat niet meer aan de orde en niet meer nodig. Op het dualistische, alledaagse niveau kan men het vertrouwen hebben dat alles op de best mogelijke manier gaat.
 

Boeken van Douwe

Douwe Tiemersma heeft een groot aantal boeken geschreven gerelateerd aan thema’s rondom non-dualiteit. Het Advaitacentrum heeft deze boeken uitgegeven. Deze zijn nog steeds hedendaags, relevant en via de link hieronder te bestellen.


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Verdwijnende scheidingen

    Douwe Tiemersma
     

    Verdwijnende scheidingen

    Proeven van intercultureel filosoferen

    276 pagina’s, paperback

  • De ander en ik

    Dit boek bevat de lezingen en enkele andere teksten van het 2e Advaita Symposium over de relatie van 'de ander en ik'. De vragen kwamen aan de orde: Wat is de aard van de ander; in hoeverre of in welke zin verschilt de ander van mij en in hoeverre vormen wij een eenheid? De bespreking van deze vragen kon een verheldering geven van problematieken als ‘de aard van het zelf’, ‘de mogelijkheid van communicatie’ (in hoeverre kunnen wij elkaar begrijpen?), ‘de grondslagen van ons morele gedrag’ en ‘de ander als leraar’.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod