2-36 "Wij zijn de hersenen", maar al het andere ook

jaargang 2 nr. 36 (15 december 2001)


' Er  wordt wat in Gouda/Rotterdam georganiseerd', hoor ik af en toe zeggen. En, dat klopt als je het landelijk beziet. Naast de wekelijkse en maandelijkse reguliere bijeenkomsten was er vorige week de advaita-filmavond, gisteren het symposium 'Verknipt of verlicht?'. De zaal puilde uit met twee honderd deelnemers, enkele tientallen moesten onverrrichter zake naar huis terugkeren. Van vele kanten komen berichten dat men het symposium bijzonder vond, vooral omdat er zo'n verscheidenheid aan sprekers was. Er waren inderdaad vijf verschillende visies, elk met een zekere redelijkheid. Deze bleken - zoals ik aan het begin van mijn bijdrage uiteen had gezet - als fundamentele stellingen niet voor discussie vatbaar te zijn. Dat was het sterkste het geval in het gesprek met prof. Swaab ("Wij zijn onze hersenen"). Het hielp niet door hem te vragen wie 'wij' dan zijn, en: of hij als hersenen hersenen bestudeert. Aan het einde van de hele discussie herhaalde hij gewoon zijn stelling, hoewel het heel duidelijk gemaakt werd dat er meer is dan biologie. Zo is er ook meer dan (sociale) psychologie waarover de sympathieke bijdrage van prof. Van Dantzig ging en het transpersoonlijke model van Ken Wilber dat Scheepers op een duidelijjke wijze naar voren bracht. Zelfs is er meer dan de belangrijke 'onvoorwaardelijke acceptatie van alles wat zich in het leven aandient' (Duintjer). Hoe belangrijk, zinnig en redelijk al deze elementen zijn, de existentiele ernst van de psychose en het radicale van de verlichting laten zien dat er een nog verdergaande dimensie is. Voor degenen die erbij waren en die er niet bij waren of konden zijn is er de mogelijkheid om alle lezingen en gesprekken op een CD-Rom te bestellen (tel. 010- 4790809 en centrum@spiritualiteit-filosofie). Een stuk van mijn lezing is onder 'Tekst' te vinden.

Donderdagavond is er bij Wanda Dondorp - Pedagogisch/Psychologisch Centrum Heemstede - een advaita-avond met Douwe Tiemersma. Het thema is 'Vrijheid'. Om 19.30 uur is er koffie en thee, begin 20.00 uur; adres: Chrysanthemumlaan 2, Heemstede; aanmelding tel./fax 023-5282290.

Nieuws

Komende week verschijnen bij Uitgeverij Stichting Openheid | Advaita Centrum de eerste drie boekjes in de serie Ad Interim. De boeken zijn
1.Gideon Boie, Wachten op inzicht. Shankara en de vraag naar de mens
2. Elske Schreuder, Het pellen van de ui. Zelf, lichaam en bevrijding in de Advaita Vedânta en de Landmark Education
3. Mahamudra. Boeddha’s hoogste onderricht
De boeken zijn verkrijgbaar op de bijeenkomsten of te bestellen door overmaking van het bedrag op bankrekening 11.69.79.089 t.n.v. Stichting Openheid, Gouda. In het laatste geval wordt na ontvangst het boek of worden de boeken franco toegestuurd.
Zie de verdere informatie in de bijlage.
Op 19 december biedt de decaan van de Faculteit der Wijsbegeerte - EUR (Oostmaaslaan 950 Rotterdam) om ca. 17.00 uur drie boekje aan aan de studenten.
In het nieuwe jaar zijn de maandelijke advaita-bijeenkomsten te Rotterdam niet meer in gebouw De Heuvel (zoals nog is aangekondigd), maar in de Pauluskerk (van ds. H. Visser), Mauritsweg (tegenover de Westersingel, aan de linkerkant vanaf Centraal Station. Loop niet de kelder in, want dan krijg je een vervreemdingservaring die Bruno Nagel kreeg toen hij daar belandde en dacht dat hij voor junks een lezing moest geven.

Tekst

Paragraaf 3 van de lezing: De gekte van de verlichting en de bijna-verlichting van de gekte
'Overeenkomsten en verschil psychose en verlichting in de existentiële ervaring'

Naast de eerste bespreking tot dusver is er ook een beschrijving mogelijk en nuttig van de existentiële ervaring, van het eerste-persoons bestaan.

Zowel bij een beginnende psychose als bij een verlichtinggevende doorbraak is er de ervaring van het wegvallen van grondstructuren van de eigen existentie. Deze structuren betreffen schema’s en kwaliteiten die diep verankerd liggen in de lichamelijke existentie, bijvoorbeeld de schema’s verweg-dichtbij, binnen-buiten, ik-ander, materie-geest, verleden-heden-toekomst en bijvoorbeeld de kwaliteiten van stevigheid/dichtheid (lichaam, de grond) en potentie (iets kunnen doen). Ze hebben een plaats in de ervaring, maar ze betreffen de grondslagen van de eigen, de eerste-persoons sfeer. Ze waren eerst vanzelfsprekend, zoals ze voor vrijwel alle mensen vanzelfsprekend zijn, want ze vormen de meest fundamentele aspecten van het bestaan. Dit door elkaar gaan lopen en wegvallen van de grondstructuren heeft te maken met het openbreken van de eigen bestaanssfeer en het verschijnen van een open dimensie, het Niets. Het eigen bestaan, het ik, wordt aangevallen, opgeslokt, verzwolgen, door het Niets. Ik gebruik in dit verband soms de metafoor van het grensgebied. Daarin is de oude ordening niet meer zo hard, maar gaat vervloeien Wanneer je daarin verzeild raakt, raak je de weg kwijt, in het moeras of op de kale vlakte zonder oriëntatie en zonder beschutting. Het meest wezenlijke van het eigen bestaan is niet meer vanzelfsprekend. Tot zover de overeenkomst.

Dan nu de verschillen. Daarbij begin ik met de psychose. De mogelijke oorzaken waardoor een psychoticus in spé in het grensgebied terechtkomt, waar het Grote Niets gaat verschijnen, zijn vele. Daar ga ik nu niet op in. Alleen lijkt het er op dat velen als klein kind deze absolute en bedreigende oneindigheid al hebben ervaren, bijvoorbeeld in een ouder met absoluut gezag, en dat toen al verkrampingen ontstonden en verdedigingsmechanismen begonnen te werken om tegenover het absolute iets van zichzelf te handhaven.
Het kan zich op allerlei manieren uiten, bijvoorbeeld in manieën op spiritueel vlak, afgewisseld met depressies als de bevrijding niet komt.

Een belangrijke vaststelling is, is dat de belangrijkste factor bij het ontstaan van een psychose de angstreactie lijkt te zijn. Door de angst zonder houvast te zijn en verzwolgen te worden ontstaan gehallucineerde vijanden, achtervolgers, enzovoort. Verstarring, vreemd geconstrueerde identiteiten en absurde redeneringen zijn dan pogingen om het beangstigende te bezweren of af te weren. Een echte psychose ontstaat in de situatie waarin er een spiraal is van een sterker optredende bedreigende Niets, een steeds realistischer worden van de hallucinaties en wanen, een groter wordende angst en daardoor een verdere verkramping. De angst kan dan zo groot worden, dat het ik in elkaar klapt. Met dat ‘ik’ bedoel ik dan de eerste persoon, zoals hij of zij zichzelf ervaart en denkt. Dat ik heeft geen schijn van kans als het absolute Niets werkelijk verschijnt. Door de angst implodeert het.

Ook bij de verlichting opent zich de oneindigheidsdimensie van het Niets zich. Dan is er in de meeste gevallen ook een reactie van angst. Het uitgangspunt is namelijk, net als bij de psychoot, een individueel ik dat zich staande wil houden. Bij verlichting zet de angst zich echter niet op absolute wijze door. De genoemde spiraal van Niets en angst kan zich wel een heel eind doorzetten, maar deze stopt op een gegeven moment. Hoe is dat mogelijk? In ieder geval spelen hierbij het vertrouwen en de overgave een grote rol. Daar kom ik op terug. De relatie met een levende leraar waarin een diep vertrouwen is, lijkt een haast onmisbare voorwaarde. Daarbij komt het inzicht en het weten dat een voorbereiding heeft gehad op de spirituele weg. Er is al een zekere ervaring dat de omgrensde ik-identiteit niet-noodzakelijkheid is. Als alle zwaarte van het verleden en van de ik-verkramping is verdwenen, is er een zucht van verlichting.


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Psychotherapie en non-dualiteit

    De psychotherapie en oosterse bevrijdingstradities zoals advaita vedânta en boeddhisme hebben in de laatste jaren een steeds grotere belangstelling voor elkaar gekregen. Ze hebben elk specifieke noties en werkwijzen, maar overlappen elkaar voldoende om een vergelijking mogelijk te maken.
    In dit boek worden diverse westerse psychotherapeutische stromingen en twee bevrijdingswegen die van oorsprong respectievelijk hindoeïstisch (Advaita Vedânta) en boeddhistisch zijn, met elkaar geconfronteerd.

  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

  • Mediteren leren

    Dit boek geeft een handleiding bij het leren mediteren voor beginners en voor de gevorderden die nog eens bij het begin willen beginnen. Het uitgangspunt is de spontane meditatie, die iedereen af en toe heeft. 

  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod