2017/06 Advaita Post juni 2017

Uit een Advaitagesprek met Douwe Tiemersma Hoorneboeg 5 april 2003, deel 2
 
Het stille bewustzijn

 
Het stille bewustzijn gaat vooraf aan het denken en voorbij aan het denken, voorbij aan de beelden, want het is een registrerende functie. Het gaat hierin niet om de beelden, het gaat om registratie van beelden. Wat was er vóór de beelden en wanneer die beelden wegvallen, wat blijft er dan over? Een heel stil bewust-zijn van jezelf, zonder vormen. Het is een heel stil bewustzijn als een heldere spiegel die alleen maar alles reflecteert. Dat kun je zelf vaststellen.
Ook heel alledaags geredeneerd, moet er ergens een spiegelende functie zijn. Anders zou je nooit weten wat je gedaan hebt. Je kunt natuurlijk wel verwijzen naar het geheugen, maar het centrale punt van het geheugen blijft dat er ergens een spiegeling is, en dat die spiegeling zelf niets met de beelden te maken heeft. Die spiegeling is bewust-zijn. Het weer-spiegelt alles wat vorm heeft, terwijl het zelf geen vorm heeft. En dat ben je zelf, dat bewust-zijn. DAT ben je zelf. Uit je onderzoek naar het waarnemen, maar ook logisch gezien, stel je vast dat er een zuivere weerspiegeling is.
Zeker, je vindt ook bewustzijnsvormen waarin de weerspiegeling geconditioneerd is. Natuurlijk heb je die vormen. Maar zelfs daarin kun je weer hetzelfde onderscheid maken tussen beelden en de weerspiegeling. Ook de geconditioneerde aspecten van bewustzijn zijn beelden. Bij de weerspiegeling gaat het om een weerspiegeling van alles wat maar vorm heeft, ook van de vuiltjes op de spiegel. Het uiteindelijke weerspiegelen heeft zelf geen vorm. Het is een voortdurend stil bewustzijn dat aanwezig is, dat weet heeft van wat er gebeurt, dat zelf daar niet door beïnvloed wordt, want vormen komen op en verdwijnen weer.
Het is het voortdurend aanwezig stil bewustzijn. Je bent het als een stille getuige zonder vorm, die niet interfereert met de gebeurtenissen. Het is een stilte van zelf-zijn die weerspiegelt, een stilte waarin geluid op kan komen en weer in kan verdwijnen, waarin de drukte van de wereld op kan komen en weer kan verdwijnen. Je bent jezelf als getuige-zijn. Eerst zijn er allemaal vormen. Dan vallen die vormen weg. Wat blijft er over? Die spiegelende functie, dat reflecterende bewustzijn van jezelf. Wanneer er niets is te reflecteren is er leegte. Zelf-zijn als reflecterend bewustzijn heeft geen vorm. Alleen wanneer er een vorm opkomt, dan is er blijkbaar zo’n reflecterende functie. En wanneer die niet opkomt dan ben je jezelf zonder vorm, zonder functie. En als die vormen opkomen, blijft die stille functie van het bewustzijn aanwezig. Zelf blijf je aanwezig als stil bewustzijn. De vormen zetten zich een tijdje door, even later zijn ze weer verdwenen.
Opnieuw; wat blijft er over? Hoe zit het nu met jezelf? Ga dat eens precies na vanuit een interne helderheid. Om iets te zeggen over de beelden, de vormen, de geluiden die opkomen, gaat meestal nog wel gemakkelijk. Maar ga eens precies na wat er is als de vormen, als de geluiden weg gaan vallen. Meestal wordt het ervaren en achteraf aangeduid als een black-out. Dan is er helemaal niets, helemaal niets. Maar je kunt er ook helder in aanwezig blijven als bewust-zijn. Dan is er een intern vaststellen: dit is het. Dit is mijn zelf-zijn als leeg bewust-zijn. Merk op wat er gebeurt wanneer er wel weer iets opkomt, bijvoorbeeld het geluid van een vliegtuig. Dan is er heel gemakkelijk weer een denken, een denktrein komt op gang. Dan is er wel het registreren, maar een registreren met denken. Alleen al als je vaststelt dat het een vliegtuig is, is er niet meer alleen registreren. Dan is er registreren met denken. Maar je weet, er is een hogere functie van registreren: het alleen maar weerspiegelen. Als je dat eenvoudige weerspiegelen hebt herkend, dan is er ook de interne helderheid om dit te herkennen wanneer de vormen werkelijk wegvallen. Ga na in je eigen ervaring hoe het zit met de stilte, het weer opkomen van de vormen met de drukte van het denken en het wegvallen van de deze drukte, zodat het stille bewustzijn weer in zuivere vorm overblijft. In de Klassieke Yoga wordt deze kennis bewust nagestreefd, het leren kennen van al die verschillende vormen van bewustzijn met vormen, met bewustzijn van die stilte terwijl er denken is, maar ook wanneer er nog alleen maar subtiele vormen zijn en uiteindelijk het interne bewustzijn als een-zijn zonder vormen (samādhi). Dat is de stilte die er voortdurend blijft, ook al zijn er geluiden, ook al zijn er drukke vormen.
Wees je bewust van de mechanismen die werkzaam zijn. Bijvoorbeeld, als er in de stilte een geluid komt, kun je dat geluid aandacht geven, een duidelijke vorm geven, een naam geven. Je kunt erin meegaan, zodat er een standpuntverschuiving is. Vanuit het weerspiegelende zelf-zijn is er een beweging naar een persoon die vaststelt: dat is een vliegtuig. Als je niet oppast zit je meteen verder te denken. Degenen die vaker op de hei zijn geweest, denken: o, daar gaat weer een zweefvliegtuig omhoog. Als je helemaal niet oppast, ben je zo bezig met de eigenschappen van de hei, met vorige wandelingen die je hebt gemaakt, enzovoort, enzovoort. Zie hoe de eerste overgang gaat en stel vast dat, zelfs als je weer terugrolt naar dat persoonlijke, lichamelijke standpunt, je als bewustzijnsstilte altijd blijft bestaan.

Boeken van Douwe

Douwe Tiemersma heeft een groot aantal boeken geschreven gerelateerd aan thema’s rondom non-dualiteit. Het Advaitacentrum heeft deze boeken uitgegeven. Deze zijn nog steeds hedendaags, relevant en via de link hieronder te bestellen.


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

  • Openingen naar Openheid

    In dit boek zijn ruim 120 korte teksten verzameld die openingen bieden naar die openheid. Deze blijkt uiterst eenvoudig te zijn. De teksten zijn stukjes van leergesprekken, bedoeld als stimuli om de aandacht te richten op openheid, iets daarvan te laten zien en zo de realisatie van openheid een grotere kans te geven. Ze vormen samen de essentie van het onderricht in non-dualiteit.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • De bron van het zijn

    ‘Wat was mijn toestand, voordat er ervaring was? Wie was er om op deze vraag te antwoorden? … dat Ik dat geen vorm heeft en zichzelf niet kent als ik ben.’

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod