Andrew Cohen, 3 boekjes

Who am I? & How shall I live?
The promise of perfection
In defense of the guru principle

Moksha Press, Lenox (MA) 1999

Verscheen in InZicht 1 nr. 3 (november 1999), p. 42


Elk van deze drie boekjes bevat een paar teksten, waarschijnlijk van gehouden toespraken. Alleen bij Who am I? & How shall I live? staat dit erbij. De inhoud, die goed wordt aangegeven door de titels, is de moeite waard, zoals vaak bij Andrew Cohen.
In Who am I? staat de ervaring in de meditatie centraal. Deze krijgt de definitie 'meditation is the experience of being beyond the mind' en de meest directe weg hiernaar toe is 'letting everything be as it is'. In How shall I live? gaat het om het eenpuntig zoeken naar waarheid. Dit wordt 'contemplatie' genoemd, waarbij dit woord wel een speciale, activistische betekenis krijgt. Dit activisme is inderdaad sterk in de 'vijf fundamentele grondbeginselen van verlichting', wanneer de ware diepte van het Zelf is ontdekt. Bij het eerste principe 'clarity of intention' gaat het om het cultiveren van de intentie om vrij te zijn, om het verlangen naar bevrijding: "… our desire for spiritual freedom must become the most important thing in our lives." Maar, zo zou ik zeggen, in plaats van het cultiveren van intentie (wil) is het juister te spreken over het openen en richten van de oriëntatie. Het tweede beginsel, 'the law of volitionality', zegt: "There is one doer and that doer is us." Natuurlijk, zolang er een ik is dat handelt, is het goed de verantwoordelijkheid voor dat handelen te benadrukken, maar waarom zegt Cohen niet dat in het perspectief van de verlichting elke notie van een 'doer' een blokkade is: ik doe niets!
De intentionele gerichtheid is een belangrijk onderwerp van The promise of perfection. Deze opwindende belofte zit in elke werkelijke wens, niet in het krijgen of hebben van iets, maar in het graag willen hebben zelf. Diepe vrede en werkelijk geluk vinden we daarentegen wanneer we niets willen. Mijn vraag hierbij is: hoe verbindt Cohen het bovengenoemde cultiveren en willen (volitionality) met dit verhaal? Een ander punt is zijn onderscheid tussen schijn (illusie) en werkelijkheid. Wanneer we iets willen hebben, zien we meer dan er is. Dat 'meer' heeft weinig te maken met het object zelf. Dat 'meer' bestaat feitelijk niet, het heeft geen onafhankelijk zelf-bestaan. Maar, zo is mijn kritiek, zo kun je illusie en waarheid niet van elkaar scheiden. Elk object is afhankelijk van een subject, niet alleen dat object dat we willen hebben. Elk ding dat bestaat, is een door iemand (een subject) waargenomen ding. Daarbij conditioneren subject en object elkaar. Dat is de waarheid omtrent elk object.
Ten slotte is er het boekje over het 'goeroe-principe', dat over het leven zonder compromissen gaat. De eis van integriteit in het leven en van de dood van het ego is totaal. Het goeroe-principe is de kracht van de Liefde die de trots en het ego vernietigt. Deze eis en dit principe wekken weerstanden op. Ja, dat klopt. De vraag die bij de lezer opkomt is, waarom dit punt van radicaliteit zo wordt opgehangen aan de aanvallen op Andrew Cohen in kranten en in het boek van Cohens moeder? Dit boekje gaat voortdurend over Cohen zelf als een controversieel figuur die zich verdedigt tegen kritiek van buiten. Hij heeft het niet nodig. Het maakt het onderricht, waarin veel goeds is te vinden over de leraar-leerlingrelatie, er niet sterker op.
Het gevaar de persoon in plaats van het inzicht centraal te stellen is ook sterk aanwezig in het voorwoord van de boekjes. Daarin beschrijven leerlingen van Cohen hoezeer ze door hem zijn gegrepen en hoe goed Andrew Cohen wel niet is. Het lijkt erop dat Cohen aan de man moet worden gebracht en wel met EO-achtige bekentenissen. Is dat nodig?
De conclusie is, gezien het bovenstaande, ambigu. Enerzijds geeft Andrew Cohen zinvol en inspirerend onderricht en is hij voor velen de leraar. Anderzijds moet ik vaststellen dat hij door zijn gedrevenheid bij het propageren van de verlichting onnodig problemen kan veroorzaken voor het werkelijke begrijpen.

[DT]


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

  • Meditatieboekje

    Korte teksten die je meenemen naar openheid

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • De elf grote Upanishaden


    De Upanishaden vormen de grondslag van een groot gedeelte van de Indiase filosofie. Ze worden ‘Vedânta’ genoemd, dat is het einde en de culminatie van de Veda’s. De wijsheid die in de teksten naar voren komt is nog steeds een onschatbare bron, zowel in India als daarbuiten. Centraal staat daarin de visie en zijnservaring dat de kern van zelf-zijn identiek is aan de grondslag van wereld en universum.
    In dit boek is een groot gedeelte van de belangrijkste Upanishaden (8e-6e eeuw v.Chr.) opgenomen.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod