Bullashah

Geboren in de 18e eeuw in de Punjab in India; groot leraar in de traditie van Advaita Vedanta

U bent het licht van de wereld,
Alles is afhankelijk van U.
Kijkend door de ogen van iedereen,
Ziet u zowel duisternis als licht.
Dromen, waken en diepe slaap
Trekken keer op keer aan U voorbij.
Bullashah zegt: U bent de bron van alle licht,
Nooit vindt er een verandering in U plaats.

U kent geen enkele tekortkoming,
U bent perfect en volmaakt;
Zoek waar U wilt in de wereld,
U zult slechts Uw eigen reflectie zien.
Zoals iemand die slaapt vergeet dat hij droomt,
Zo hebt U vergeten dat de wereld Uw droom is.
Bullashah zegt: Er bestaat niets anders dan U,
Uw pijn en angst zijn Uw eigen illusie.

Ga Uw eigen Zelf binnen
En weet dat U de drager van het universum bent;
Wanneer U straalt, is heel de wereld verlicht;
Het fantoom dat U doet sidderen
Is enkel Uw eigen projectie.
Bullashah zegt: Laat deze illusie varen
En verbreek de illusie van individualiteit.

Zie in welke gedaanten de heer zich overal vertoont!
Zoals een enkel zaadje verschillende vormen aanneemt,
Op dezelfde manier verschijnt het Zelf als de wereld.
Hij vermaakt Zichzelf met Zichzelf;
Hij vertoont zich zowel in de gedaante van een vrouw als van een man,
Hij bemint, begeert en wordt begeerd.
In werkelijkheid, zegt Bullashah, gebeurt er niets.
Zij kennen Hem waarvan Hij wil dat ze Hem kennen.

Uw vriend is nooit van U gescheiden;
Wie zou je dan ook zoeken?
Ontdek eerst de zoeker in jezelf;
Jij bent toch zelf het object van alle verlangens,
Jij bent toch de enige Vriend van de wereld;
Toch zoek je steeds naar iemand anders. Waarom?

Wees tevreden met je omstandigheden,
Raak niet verblind door uiterlijke schijn;
Richt je aandacht op het zaad,
Negeer de takken, bladeren en vruchten.
Dat wat komt en gaat is van voorbijgaande aard,
Iemand met inzicht is daar niet aan gehecht.
Bullashah zegt: Ik heb de echte nectar geproefd;
Het gif dat de zintuigen te bieden hebben is niet langer aantrekkelijk.

Breng het geraas van je voortjagende gedachten tot zwijgen,
Wees stil en ontdek wat je bent!
Geef alle wereldse verlangens op;
Dit is wat de guru je heeft geleerd:
Bind je onberekenbare gedachten met de koorden van onthechting,
Ken je werkelijke Zelf.
Bullashah zegt: Alleen op die manier zul je vrede kennen.

Mijn geest is gericht op het Ene dat geen onderscheidingen kent.
Mijn ogen zoeken Zijn gezicht, mijn hart houdt slechts van Hem.
Alle onwetenden betreuren mijn gedrag,
Mijn tranen zijn het resultaat van hun pogingen om mijn aandacht van hem af te leiden.
Priesters en theologen dreigen me met hel en verdoemenis
En ze instrueren me in allerhande rituelen,
Maar wat heeft mijn liefde met rituelen van doen?
Mijn Heer leeft aan de overzijde van de stroom
En daar moet ik Hem ontmoeten;
Wie leert mij hoe ik de stroom moet oversteken?
Een minnaar volgt zijn liefde wat er ook gebeurt!
Bullashah zegt: Ik ga God ontmoeten.

Degenen die de Geliefde hebben gezien
Wenden hun gezichten af van alle andere dingen!
Als ze eenmaal het beminnenswaardige Ene hebben gezien
Is hun aandacht voor eeuwig op Hem gericht.
Dag en nacht dwalen ze rond in verwondering,
Zonder ooit weg te zakken in het drijfzand van “ik” en “mijn”.
Bullashah zegt: Ze zijn de Geliefde Zelf geworden;
De relatie tussen minnaar en beminde is opgelost.

Nadat ik mijn kleine zelf had opgeofferd,
Heb ik de ware Vriend gevonden
En alle interesse in de wereld verloren!
Al mijn angsten zijn voorgoed voorbij;
Mijn geest is opgegaan in gelukzaligheid!
Ik ben ondergedompeld in puur geluk
En ik ervaar tijdloze vrede;
Het spirituele vuur heeft alle dualiteit verteerd.
Bullashah zegt: Ik heb de ware Vriend omarmd.

U bent de lotus en mijn ogen zijn de bijen
Die U altijd zoeken en die niet zonder U kunnen;
Terwijl ze de nectar van Uw essentie drinken,
Verdrinken ze in Uw liefde;
Ze zijn dronken van Uw heerlijkheid
En ze lossen op in de wijn van Uw schoonheid.

Vertaald uit: Indian Mystic Verse, translated by Hari Prasad Shastri, Shanti Sadan, Londen.

(J.C.)


Er is geen tweeheid

als je ontspannen bent
in zelf-bewustzijn
is dat duidelijk.


  • De bron van het zijn

    ‘Wat was mijn toestand, voordat er ervaring was? Wie was er om op deze vraag te antwoorden? … dat Ik dat geen vorm heeft en zichzelf niet kent als ik ben.’

  • Management en non-dualiteit

    In bedrijven en organisaties is meer aandacht gekomen voor de oriëntatie op samenhang, eenheid, heelheid, ongescheidenheid, kortom: non-dualiteit. Wat betekent deze ‘niet-tweeheid’ en op welke wijze kan zij in het eigen werk en in de organisatie doorwerken? Deze vragen staan in dit boek centraal.

  • Naar de Openheid

    De teksten in dit boek zijn geschreven op basis van gesprekken gehouden te Gouda, aangevuld met enkele gedichten en korte teksten met illustratie. 
    Als uitgangspunt dienen steeds bekende gegevens en situaties, waarin verwijzingen zitten naar dat wat niet te beschrijven is, maar dat hier Openheid wordt genoemd.

  • De ander en ik

    Dit boek bevat de lezingen en enkele andere teksten van het 2e Advaita Symposium over de relatie van 'de ander en ik'. De vragen kwamen aan de orde: Wat is de aard van de ander; in hoeverre of in welke zin verschilt de ander van mij en in hoeverre vormen wij een eenheid? De bespreking van deze vragen kon een verheldering geven van problematieken als ‘de aard van het zelf’, ‘de mogelijkheid van communicatie’ (in hoeverre kunnen wij elkaar begrijpen?), ‘de grondslagen van ons morele gedrag’ en ‘de ander als leraar’.

Boeken

Douwe schreef en redigeerde gedurende zijn leven boeken. Via onze uitgeverij zijn deze nog verkrijgbaar.

Bekijk het aanbod